Zomer- of winterbanden
De temperatuur in België ligt gedurende een half jaar gemiddeld onder de 7°C. Het rubber van zomerbanden is op dat moment te hard waardoor de grip op het wegoppervlak slechter is. Ook de remafstand wordt duidelijk groter zonder winterbanden. Daarom wordt er sterk aangeraden om in die periode met winterbanden te rijden.
In sommige Europese landen is het gebruik van winterbanden verplicht gedurende de wintermaanden. Mocht u hier een ongeluk krijgen/veroorzaken, kunt u in grote problemen komen wanneer blijkt dat u op zomerbanden reed. Daarbij komt dat de kosten voor winterbanden te verwaarlozen zijn. De aanschafprijs is in de meeste gevallen gelijk aan zomerbanden en uw zomerbanden slijten immers niet!
Waarom zomerbanden?
Door de unieke samenstelling van het rubber hebben zomerbanden in warmere periodes een betere grip op het wegdek dan in de wintermaanden. Ook slijten zomerbanden minder snel dan winterbanden of all-season-banden.
Voordelen zomerbanden
- Extra goede grip bij temperaturen van 15 graden of hoger
- Betere acceleratie
- Kortere remweg op droog wegdek
- Minder slijtage in de zomer
- Zomerbanden verhogen de veiligheid in de zomermaanden!
- Winterbanden zijn niet gemaakt voor zomerse omstandigheden. Doorrijden op winterbanden in de zomer is niet alleen minder veilig, maar uiteindelijk ook duurder.
Wetgeving winterbanden
Een volledig en gedetailleerd overzicht van de wetgeving in alle Europese landen kan u hier in PDF downloaden.
Hoe kies ik de juiste band?
De banden vormen het enige kleine contact met het wegdek. Het is dus van groot belang dat dit kleine contact optimaal is in de gegeven omstandigheden (temperatuur, regen, soort wegdek,...).
Vervang je banden op tijd en kies vraag advies voor de juiste bandenkeuze.
Bandenhotel
Geen plaats om uw winter- of zomerbanden te stockeren tot de volgende wissel?
Laat uw banden bij ons stockeren. Wij zorgen voor uw banden bij in de meest ideale omstandigheden in een goed geventileerde ruimte: donker, koel en verticaal gestapeld in bandenrekken.
Sneeuwketting
Een sneeuwketting is een hulpmiddel dat wordt aangebracht om de banden van auto's en andere motorvoertuigen om betere grip te verkrijgen op besneeuwde ondergrond. Sneeuwkettingen worden normaliter aangebracht op de wielen die zorgen voor de aandrijving van het voertuig. Bij de vierwielaandrijving van sommige voertuigen volstaat volgens de gebruikershandleiding het aanbrengen van sneeuwkettingen om twee van de vier wielen.
In landen waar regelmatig veel sneeuw of ijs op de wegen ligt, wordt middels verkeersborden aangegeven dat het aanbrengen van sneeuwkettingen bij verder doorrijden verplicht is. Dergelijke borden laten een band met omgelegde sneeuwketting zien op een ronde, blauwe achtergrond.
In Nederland is het gebruik van sneeuwkettingen op de weg verboden; banden mogen geen uitstekende metalen onderdelen bevatten.
Wij hebben een ruim aanbod sneeuwkettingen in ons gamma. Zowel voor aankoop als verhuur.
Velgen herstellen
U hebt een vervelende kras in uw velg of er is een ferme deuk in of zelfs een breuk in uw velg?
Geen probleem! Deboosere zorgt ervoor dat uw velgen er weer als nieuw uit zien!
Een ander kleur? Geen probleem voor ons!
Bandenmaten
Op een autoband kan het volgende staan: 205/60 R15 91T:
- 205 de bandbreedte in mm
- 60 de hoogte van de band is 60% van de breedte.
- 15 de diameter van een velg in inches.
- R geeft de bandopbouw aan.
(R = radiaalband, B = gordelband, D = diagonaalband) - 91 is een indexering voor het draagvermogen van een band. In dit geval kan de band 615 kilo dragen.
- T geeft de maximumsnelheid aan van een autoband. (T = 190 km/h).
Bandenlabels
Waarom zijn ze belangrijk?
Op het EU-bandenlabel staan de belangrijkste veiligheidspunten en de milieuaspecten van een band. Net zoals op het energielabel op keukenapparatuur kunt u met het EU-bandenlabel heel eenvoudig banden vergelijken op het gebied van grip op nat wegdek, brandstofefficiëntie en geluid. Het label bestaat uit 3 criteria:
1 Brandstofefficiëntie
Een meetwaarde voor de rolweerstand van de band die de brandstofefficiëntie van uw voertuig beïnvloedt. Waardering A (hoogste waardering) tot en met G (laagste waardering).
2 Grip op nat wegdek
Een meetwaarde voor de remkracht van de band op natte wegen. Grip op nat wegdek wordt gewaardeerd van A (hoogste waardering) tot en met F (laagste waardering).
3 Geluid
Een meetwaarde voor het externe geluid dat door een band wordt gegenereerd, in decibel. De zwarte geluidsgolven geven de geluidsklasse van de band aan, van 1 (stil) tot 3 (luid).
Waar kan ik het EU-bandenlabel vinden?
Vanaf november 2012 worden alle nieuwe banden voorzien van een sticker met het EU-bandenlabel. Als u het label niet op de band kunt vinden, moet u dit aan uw dealer vragen, aangezien deze verplicht is deze informatie te bieden.
Bandenspanning
De bandenspanning bepaalt alles. Alleen een band met de juiste spanning garandeert over zijn volledige levensduur een maximale veiligheid, zuinigheid en rijplezier. Controleer daarom de bandenspanning minstens één keer per maand.Te lage of te hoge spanning kan abnormale of overmatige slijtage, oververhitting, een te hoog brandstofverbruik en zelfs het gevaar voor een klapband opleveren. Voortdurend spanningsverlies geeft aan dat er iets mis is met de band of de velg. Neem in dat geval direct contact op met een Eurotyre-bandencentrale.
Waarom nieuwe of minder versleten banden achteraan monteren?
Hebt u voor- of achterwielaandrijving? Het maakt niet uit. Wij adviseren u altijd om de nieuwste banden op de achteras te monteren. Dat creëert meer veiligheid in onverwachte en lastige situaties zoals een noodstop of scherpe bocht. Vooral op een natte ondergrond.
Talrijke testen hebben het aangetoond. Het is veel makkelijker om de vooras onder controle te houden dan de achteras. Want de vooras is de stuuras. Het wegglijden van de vooras in een bocht voelt u veel sneller dan het wegglijden van de achteras.
De voorbanden slijten ook doorgaans sneller dan de achterbanden, vooral bij de courante voorwielaandrijving.
Nieuwe banden, nieuw gedrag van de wagen
Wanneer u de nieuwe banden op de vooras monteert, zal het gedrag van de wagen veranderen. De slijtageverhouding tussen voor- en achteras wordt namelijk omgekeerd. Als bestuurder komt u dus voor een verrassing te staan. Want u bent gewend dat de auto aan de voorkant minder grip heeft.
Op een gladde weg zal de achterkant eerder wegglijden dan de voorkant van de auto. Alleen ervaren bestuurders kunnen gepast reageren in deze bedreigende situatie. Omdat de achteras veel moeilijker te controleren is dan de vooras.
Wanneer u de nieuwe banden op de achteras monteert, blijft het gedrag van de auto ongewijzigd omdat de slijtageverhouding niet veranderd is. De grip van de achteras wordt beter. Eventueel wegglijden in een bocht zal dus op de vooras gebeuren. Als bestuurder kunt u uw auto zonder problemen onder controle houden en besturen. Dit doet u door gas los te laten en door het stuur met de bocht mee te draaien.
Controle van het bandenprofiel
Controleer het profiel van uw banden regelmatig om te weten wanneer een band aan vervanging toe is. Alle banden van personenauto's, bestelauto's en vrachtauto's hebben slijtage-indicatoren die in het profiel zijn verwerkt. Deze indicatoren zijn op de bodem van de profielgroeven aangebracht op verschillende plaatsen in de band. Wanneer zichtbaar wordt dat de indicatoren opgaan in het omliggende profiel, is het tijd om de band te vervangen.
Als het profiel slechts op één of twee plaatsen verslijt, kan dat een teken zijn dat de band niet de juiste spanning heeft.
Wettelijk is 1,6 mm de minimum profieldiepte. Eurotyre raadt echter aan vanaf 3 mm de banden te vervangen.
Wat gebeurt er bij te hoge of bij te lage spanning?
Slijtage in het midden: TE HOGE SPANNING
Als een band te hard is opgepompt, draagt het midden van de band de zwaarste last en slijt dus sneller dan de zijkanten. Ongelijkmatige slijtage verkort de levensduur van de band. Controleer daarom regelmatig de bandenspanning. Een verkeerde uitlijning of een mechanisch probleem kan ook eenzijdige slijtage veroorzaken.
Slijtage op beide schouders: TE LAGE SPANNING
Een te lage bandenspanning verkort de levensduur van de band. Oorzaak: verhoogde slijtage aan de zijden van het profiel (ook wel schouders). Het zorgt ook voor extra warmte die de duurzaamheid beperkt. Tot slot zorgt het voor een hoger brandstofverbruik als gevolg van een hogere rolweerstand.
Zachte banden laten uw motor harder werken. Een verkeerde uitlijning of een mechanisch probleem kan ook eenzijdige slijtage veroorzaken.
Banden balanceren
Niet goed uitgebalanceerde banden veroorzaken trillingen.
Deze kunnen leiden tot:
- vermoeidheid van de bestuurder
- vroegtijdige, ongelijkmatige slijtage van de banden
- onnodige slijtage van de wielophanging van de auto
Wanneer moet u uw banden uitgebalanceren?
Als ze voor het eerst worden gemonteerd en na reparatie. De balans moet worden gecontroleerd bij de eerste tekenen van trillingen.
Uitlijning van de auto
Een goede uitlijning van uw auto hebt u als:
- alle onderdelen van de besturing en de wielophanging in goede conditie zijn
- de auto goed en soepel rechtuit rijdt
Een verkeerde uitlijning kan de oorzaak zijn van een ongelijkmatige slijtage van het profiel.
Bandenreparatie
Een getrainde deskundige verricht reparaties aan banden. De juiste reparatiemethode omvat:
- het demonteren van de band
- het zorgvuldig inspecteren van de beschadiging
- het repareren van de lekkage met de juiste middelen, als die binnen de richtlijnen valt voor reparatie
Tyre Pressure Monitoring System
Wat is TPMS
TPMS is een betrouwbaar hulpmiddel dat de bandenspanning en temperatuur van alle banden meet terwijl u in de auto zit. De gegevens worden draadloos naar het display op het dashboard verzonden. Het systeem stelt door middel van geluidsignalen en zichtbaar op de display de chauffeur in staat lekkage, lage bandenspanning, te hoge bandenspanning of temperatuur snel te onderkennen. Hierop kan de chauffeur maatregelen nemen.
Waarom TPMS
Iedereen weet dat bandenspanning belangrijk is, maar veel autobezitters zien niet aan de banden dat ze met een te lage bandenspanning rijden. Dat is niet zo wonderlijk. Een verschil van 0,5 Bar is voor een leek nauwelijks te herkennen. Te lage bandenspanning is vaak een oorzaak van ongelukken. Bovendien verhoogt een te lage bandenspanning het brandstofverbruik en de bandenslijtage. Daarnaast vermindert de veiligheid en de wegligging en wordt de remweg een aanzienlijk stuk langer.
Soorten systemen
Er zijn twee verschillende soorten systemen een passief en een actief systeem.
Passief systeem
Bij een passief systeem wordt de bandenspanning bewaakt door een sensor in het ABS-systeem. Die meet de afrolomtrek van de band. Die wordt minder als er lucht uitloopt en dit systeem zal dat meteen opmerken en de bestuurder via een optisch of een geluidssignaal waarschuwen. Omdat dit systeem niet in de velg zelf zit maar vanaf de buitenkant de rolomtrek meet, werkt het ook als je op winterbanden overstapt.
Actief systeem
Bij een actief systeem heeft elk wiel zijn eigen sensor. Die zendt met een radiosignaal de informatie naar een stuurapparaat. Minimale drukverschillen worden al herkend. Nadeel is wel dat bij het wisselen naar winterbanden een monteur de sensoren moet aansluiten, die dan ook in de wielen van de winterbanden moeten zitten.
Doel van TPMS
De overheid heeft een aantal doelpunten opgesteld voor de verplichte invoering van het TPMS systeem bij nieuwe auto's.
- De veiligheid verhogen
- De koolmonoxide uitstoot verlagen
- Verminderen van het brandstofverbruik
- De levensduur van een band te optimaliseren
- Verhogen van de duurzaamheid
